Nu de eerste kruiddampen van de coronacrisis zijn opgetrokken, keren oude kwesties weer vrolijk terug. De wereld zal niet plotseling veranderen. Hoewel er vaak gezegd wordt dat er in de toekomst minder gevlogen zal worden en dat er meer zal worden thuisgewerkt, keert langzaamaan de werkelijkheid weer terug in ons dagelijks leven, en staan we weer auto aan auto in de file, op weg naar werk of vakantie.

In den Haag, in de provincies en in gemeenten worden de oude dossiers weer opgepakt. Stikstof, CO2-uitstoot, files, kwaliteit van het onderwijs, personeelsgebrek en vooral gebrek aan woningen, liggen weer boven op de burelen van onze bestuurders. Al deze thema’s zullen deel uitmaken van een nieuw te vormen kabinet in Den Haag. Gek genoeg hoor je maar weinig over de onderliggende oorzaken van deze problemen: een zeer sterke bevolkingsgroei, grotendeels veroorzaakt door immigratie. Waarom wordt dit onderwerp genegeerd en ontbreekt het aan een effectief beleid?

In 2019 ontvingen we (netto) 114.000 nieuwe inwoners; in 2020 waren het er een kleine 70.000. Nieuwe inwoners die zich vanuit het buitenland in Nederland hebben gevestigd. Met die nieuwkomers is niets mis. Misschien zouden wij in hun plaats hetzelfde doen. Maar als er in de komende jaren jaarlijks circa 100.000 mensen erbij komen (meer dan twee keer Venray of één keer Heerlen), dan groeit de Nederlandse bevolking in één decennium met één miljoen inwoners. Dan zullen we toch moeten nadenken over het effect hiervan op het onderwijssysteem, op CO2-uitstoot, op de benodigde woonruimte en op vervoersmogelijkheden om maar eens een paar zaken te noemen. Dit nog afgezien van het feit dat deze nieuwe inwoners vaak vanuit een totaal andere cultuur naar het vrije en liberale Nederland komen, hetgeen ook om speciale aandacht vraagt.

We zullen bijvoorbeeld moeten nadenken over hoe wij deze mensen gaan vertellen dat in Nederland man en vrouw aan elkaar gelijk zijn, dat de vrijheid van meningsuiting én geloofsovertuiging een groot goed is en dat het in dit land niet uitmaakt welke seksuele voorkeur iemand heeft. Ook moeten we onze nieuwe medeburgers zien duidelijk te maken dat wij van hen verwachten dat ze deze waarden zullen moeten accepteren als ze zich hier tijdelijk of permanent hier willen vestigen.

De aard van de huidige bevolkingsgroei vraagt om duidelijke beleidskeuzes vanuit de overheid. Helaas zie ik die onvoldoende terug in regeer- en beleidsprogramma’s van het Rijk, de provincies en de gemeenten. Inmiddels rijst bij mij de vraag of het niet verstandig is beleid te formuleren om de groei een beetje te temperen. Het kan anders weleens ondoenlijk worden om bovengenoemde problemen op te lossen. Het lukt nu al niet om voldoende huizen te bouwen. Zeker niet als de uitstoot van stikstof omlaag moet.

 

Giel Braun
Voorzitter Limburgse Werkgevers Vereniging